Volgens Arbobeleidsregels moeten steigers worden geaard wanneer er op, langs of boven de steiger elektrische kabels of leidingen aanwezig zijn.
Meer precies:Alle metalen delen van stalen steigers zijn verbonden met een beschermingsleiding (aardleiding), wanneer zich op, langs, aan of boven de steigers elektrische kabels of leidingen bevinden, die kunnen zijn aangesloten op een onder spanning staand elektriciteitsnet.
De geleiding tussen de (losse) elementen van een steiger is natuurlijk niet optimaal. Daarnaast is de aardweerstand afhankelijk van de grondsoort, vochtigheid van de bodem, etc. Het verkrijgen van een 'goede' aarding is dus niet in alle gevallen vanzelfsprekend. Het is dan ook van belang de aarding regelmatig visueel te inspecteren en door te meten. Door de aanvullende beveiliging met aardlekschakelaars van 30 mA moeten ook deze regelmatig worden gecontroleerd op hun goede werking. Dit kan door op de proefknop te drukken. Controleer tevens of het juiste type aardlekschakelaar is toegepast, het zogenaamde type A. Dit is te herkennen door aanwezigheid van het onderstaande symbool. Dit geeft aan dat de aardlekschakelaar ook aanspreekt bij fouten in machines met een niet-sinusvormige spanning zoals dit het geval is bij bijvoorbeeld meer toeren gereedschappen.