Van de richtlijn uitgesloten vaartuigen (art. 1 lid 3) pleziervaartuigen
Op de volgende vaartuigen is de Richtlijn niet van toepassing:
- Schepen die gebouwd worden naar een ontwerp van voor 1950. Voorwaarde is wel dat zij zoveel mogelijk op de oorspronkelijke wijze worden gebouwd.
- Schepen die bedoeld zijn voor persoonlijk gebruik (zelfbouwschepen). Om misbruik van deze uitzondering te voorkomen is het verboden om het vaartuig te verkopen binnen vijf jaar na voltooiing.
- Vaartuigen die op tentoonstellingen en beurzen worden gedemonstreerd, op voorwaarde dat aangegeven wordt dat het betreffende vaartuig niet aan de eisen van de Richtlijn voldoet.
- Vaartuigen die bedoeld zijn voor commercieel passagiersvervoer.
- Wedstrijdboten en roei- instructieboten.
- Kano's, kajaks, gondels, waterfietsen, (motor-)zeilplanken, waterscooters enz.
- Experimentele vaartuigen.
- Duikboten, luchtkussenvaartuigen en draagvleugelboten.