/ Home / CE-markering / Europese Richtlijnen / Richtlijn Pleziervaartuigen / Algemeen  

CE-markering en Pleziervaartuigenrichtlijn

De richtlijn is van toepassing op het in de handel brengen en in gebruik nemen van alle soorten pleziervaartuigen ongeacht de wijze van voortstuwing met een romplengte van 2,5 tot 24 m gemeten volgens de passende geharmoniseerde norm. De richtlijn is tevens van toepassing op bepaalde losse en gemonteerde onderdelen. Een pleziervaartuig is ieder gebruikt vaartuig waarop de richtlijn van toepassing is. Daartoe behoren ook voor verhuur of pleziervaartuigcursussen gebruikte vaartuigen.


Welke producten vallen onder de richtlijn Pleziervaartuigen?
De richtlijn is van toepassing op pleziervaartuigen, gedeeltelijk afgebouwde pleziervaartuigen en op bepaalde losse en gemonteerde onderdelen zoals navigatie systemen, kompassen e.d.. Onder pleziervaartuig wordt verstaan elk voor sport- en vrijetijdsdoeleinden bedoeld vaartuig ongeacht de wijze van voortstuwing en ongeacht of het bestemd is voor de binnenvaart en/of de zeevaart met een romplengte van 2,5 tot 24 m. Pleziervaartuigen die voor recreatiedoeleinden in de handel worden gebracht en ook kunnen worden gebruikt voor verhuur of pleziervaartcursussen vallen eveneens onder de richtlijn.

De richtlijn Pleziervaartuigen kent een aantal uitzonderingen zoals wedstrijdboten, kano’s, gondels, waterfietsen, zeilplanken, waterscooters, originele en individuele replica’s van historische vaartuigen, experimentele vaartuigen, voor persoonlijk gebruik gebouwde vaartuigen, vaartuigen met bemanning bestemd voor vervoer van passagiers voor commerciële doeleinden, duikboten, luchtkussen vaartuigen en draagvleugelboten.

Bent u er niet zeker van of uw product moet voldoen aan de eisen van de richtlijn Pleziervaartuigen? Raadpleeg dan de letterlijke tekst van de richtlijn of neem contact op met één van de organisaties die in deze CE databank zijn vermeld.


Vier categorieën
Er worden 4 ontwerpcategorieën onderscheiden, die zijn omschreven in bijlage I van deze richtlijn, te weten:
A oceaan
B zee
C kust
D beschutte wateren
Voor de vaartuigen Categorie D tot 24 meter lengte en van Categorie C. tot 12 meter kan worden volstaan met een fabrikanten verklaring (verklaring van overeenstemming) (plus bij A, B, en C als geen EN normen zijn toegepast een tweetal proeven) om aan te tonen dat aan de eisen van de richtlijn wordt voldaan. Voor de overige vaartuigen geldt een keuringsregime waarbij in meer of mindere mate keuring wordt uitgeoefend door een aangewezen keuringsinstantie.


Wanneer mag u de CE-markering aanbrengen?
De producent moet verklaren en kunnen aantonen dat het door hem geproduceerde pleziervaartuig voldoet aan de eisen uit de richtlijn. Afhankelijk van de ontwerpcategorieën bestaat er een aantal keuringsregimes. Raadpleeg hiervoor de richtlijn. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat wijst in voorkomende gevallen voor de richtlijn Pleziervaartuigen de keuringsinstanties aan. De producent mag zelf één van de aangewezen keuringsinstanties uitkiezen. Die hoeft niet per definitie in Nederland gevestigd te zijn. Ook in andere EU lidstaten worden erkende instanties aangewezen. Het is echter (nog) niet mogelijk om een keuringsinstantie van buiten de EU in te schakelen.

De eenvoudigste manier om aan de eisen te voldoen in deze te produceren volgens de vastgestelde geharmoniseerde normen.


Kan een pleziervaartuig onder meerdere richtlijnen vallen?
Het is mogelijk dat het geproduceerde pleziervaartuig onder meerdere richtlijnen valt. Er bestaan richtlijnen voor onder meer drukvaten van eenvoudige vorm, gastoestellen, elektro-magnetische compatibiteit (EMC), persoonlijke beschermingsmiddelen en randapparatuur voor telecommunicatie.


Gebruikseisen
De richtlijn Pleziervaartuigen stelt essentiële eisen aan pleziervaartuigen op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Die zijn van belang voor de producenten. De richtlijn bevat geen voorschriften die het gebruik van het pleziervaartuig na zijn ingebruikneming bepalen.

Wel kunnen de lidstaten bepalingen vaststellen betreffende de vaart op bepaalde wateren ter bescherming van het milieu en de veiligheid op die waterwegen mits deze bepalingen geen wijziging vereist aan de vaartuigen die aan de richtlijn voldoen.



Auteur: Ing. W. Verwoerd, www.syntens.nlGo to www.syntens.nl met dank aan het EIC te ’s-Gravenhage / Utrecht